A Day of Dreams And Nightmares
- Seoul, South Korea
- Oct 26, 2017
- 9 min read

De eerste dag na aankomst is altijd een beetje een vreemde dag. Je kent de weg nog niet zo goed, alles is nieuw en eng, en eerlijk gezegd heb je nog geen idee wat je nu eigenlijk komt doen. Kortom, je moet je nog even oriënteren en gaat daarom maar zonder plan op verkenning in de buurt. De ene keer lukt het om daadwerkelijk om in de buurt te blijven en zo een redelijk beeld op te bouwen van de omgeving; de andere keer dwaal je misschien ietsjes verder af. En dan gebeurt het wel eens dat je uitkomt op wat, laten we zeggen, interessantere plekken. Plekken waar de gemiddelde toerist misschien niet direct aan denkt om te bezoeken.

De ochtend begon wat ongemakkelijk: omdat we bij een gastgezin verblijven, waren we er eigenlijk vanuit gegaan dat dingen zoals een handdoek wel ter beschikking zouden worden gesteld. Maar toen we vroegen waar we zo'n handdoek dan vandaan konden halen, kwam de wedervraag "Hebben jullie die niet zelf meegenomen dan?". Oeps, duidelijk. Gelukkig mochten we er eentje lenen, mits we er vandaag zelf één aan zouden schaffen. En daarom begon onze dag waar hij gister eindigde, namelijk op Hongdae. Niet alleen was dat de enige vertrouwde omgeving voor ons; we waren er gister ook een Daiso tegengekomen, mijn favoriete heeft-bijna-alles-voor-bijna-niets-shop van Azië. Nu we voorzien waren van een stel gloednieuwe handdoeken, schraapten we een ontbijtje bij elkaar bestaande uit een soortement van eibroodje en wat taiyaki (sorry, hier in Korea heten ze 붕어빵 [bungeoppan], maar het blijven deegvisjes gevuld met rodebonenpasta), en na wat bakkeleien besloten we maar gewoon de eerste de beste bus met cirkelroute te nemen. Laat dat avontuur maar komen!

Okay, dat avontuur eindigde misschien wat abrupt toen bleek dat de lijn die we hadden genomen helemaal geen cirkellijn was. Terwijl we nog aan het overleggen waren waar we het best uit konden stappen om de rivier Han te kunnen bekijken, draaide de chauffeur zich naar ons toe om ons duidelijk te maken dat we de eindhalte hadden bereikt. Ja, daar sta je dan, op een Zuid-Koreaans industrieterrein, in plaats van in het bruisende centrum zoals je gehoopt had. Gelukkig voor mij was deze eindhalte een busgarage, dus vermaken zou ik me toch wel! Ik kon het terrein al zien liggen achter het gebouwtje waar we af waren gezet, maar ik durfde er niet zomaar naartoe te lopen. Het is tenslotte wat onbeschoft om zomaar een busrangeerterrein op te lopen, toch? Terwijl ik aan het dubben was of we het erop zouden wagen of niet, eiste een beweging in de buurt van het gebouwtje onze volledige aandacht op. Die ene soort beweging die je gewoon níet kan negeren, wat er ook aan de hand is. Kittens! Twee snoezige kittens die aan het spelen waren terwijl moeders in een doos lag te genieten van haar rust. Ik had toevallig vanochtend gelezen dat straatkatten zeker voorkomen in Seoul, en door hun omgeving ga ik er vanuit dat ook deze familie geen eigenaar heeft... maar er wordt in ieder geval wel goed voor ze gezorgd. Er stonden dozen met dekentjes en kommetjes met voer en water, en de kittens zagen er erg gezond en speels uit. Eigenlijk zou het me niet zo veel verbazen als het buspersoneel daar stiekem verantwoordelijk voor is!

Na een tijdje wisten we ons los te maken van het aandoenlijke tafereeltje met de kittens en liepen we om het gebouwtje heen. Daar bleek dat het terrein gewoon helemaal open was, dus liepen we een stukje verder om te kijken tot hoever we zouden kunnen komen. Steeds verder liepen we, tot we gewoon midden tussen de bussen en half in de garage zelf foto's stonden te maken. En niemand zei wat; we werden hooguit wat geïrriteerd aangekeken omdat we hier en daar in de weg liepen. Dat gaat wel heel makkelijk! Pas toen we een aardige tijd later op het punt stonden om te vertrekken, vroeg er iemand of hij ons kon helpen. Gelukkig sprak hij Engels, en kon ik hem uitleggen waarom ik zo geïnteresseerd was. Hij vond het geen enkel probleem; als ik nog vragen had over de bussen, kon ik ze allemaal aan hem stellen. Hij bleek namelijk de eigenaar van één van de busbedrijven te zijn! Hij leek de interesse wel leuk te vinden, want hij bood meteen aan ons een kleine rondleiding door één van de bussen te geven. Dat sla ik zeker niet af! De bus die hij uitkoos was volgens hem een luxueuzere uitvoering, speciaal om rolstoelen te vervoeren. Het was namelijk een automaat met luchtvering en een automatische rolstoelplank (de eerste twee zijn voor ons vrij standaard, maar de rolstoelplank was zeker wel fancy. Dat vond de chauffeur die op dat moment in de bus aanwezig was klaarblijkelijk ook, want de plank werd meteen enthousiast gedemonstreerd). Niet alle bussen zijn hier dus automaat: dat is vast en zeker ook één van de verklaringen achter de minder soepele rijstijl van de gemiddelde buschauffeur in Seoul... Helaas kreeg de eigenaar van het busbedrijf al snel een dringend telefoontje en was onze rondleiding afgelopen. Ik wist nog net een foto met de dienstdoende chauffeur te scoren voordat iedereen verdwenen was en het terrein er weer bijstond alsof er niets was gebeurd. Wat een fantastische ervaring - eentje die de meeste toeristen toch niet mee zullen maken! En misschien nog een leuk feitje voor m'n collega's en andere geïnteresseerden: Seoul heeft zo'n 400 buslijnen die worden gereden met ongeveer 8500 bussen. Kan je je dat voorstellen? Waar laat je die dingen? Ik vraag me af hoeveel chauffeurs ze dan wel niet hebben. Doe mij dan maar zo'n kleine, gezellige vestiging als Alphen!

We weten inmiddels hoeveel Japanners we moeten hebben om drie lampen te vervangen, maar hoeveel Koreanen zullen er nodig zijn om één koplamp te repareren?

En we zijn weer onderweg: bus of geen bus, we wilden nog steeds de rivier Han zien. Op de kaart leek ie redelijk dichtbij te zijn, dus besloten we te gaan wandelen. De weg voerde eerst nog een stuk over het industrieterrein en langs het spoor. Even terug naar gisteren: terwijl we de vertraging op de luchthaven van München aan het uitzitten waren, hebben we de film Train to Busan gekeken, een bekende Zuid-Koreaanse zombiefilm. Aanrader als je van zombiefilms houdt, maar als je clichés en domme acties net zo snel zat bent als ik, heb ik nog wel wat betere Koreaanse titels voor je. Anyway, deze film eindigt op een locomotief van Korail - en laat precies zo'n locomotief hier nu eens op het spoor staan! Fantastisch, het eerste kiekje van een Koreaanse filmster is binnen. Nee maar serieus, is het geen schoonheid? Ik vind 'm mooi. Zou 'm best willen hebben.

En nu we het toch over schoonheden hebben... Na het spoor lieten we het industrieterrein achter ons, en kwamen in de bewoonde wereld terecht. Gewoon een woonwijk met een leuk parkje in het midden. Een leuk parkje met een schattig trappetje dat naar boven leidt. Een schattig trappetje dat leidt naar HOLY FUCK WAT IS DAT. Terwijl ik naar een ietwat uit de kluiten gewassen vlieg zat te kijken, en grappend dacht over dat geen spin die te pakken zou krijgen, werd ik aangetikt door Chris. Die wees me er even op dat alles hier in verhouding is. Hoe groot die vlieg ook is, hij zou echt niet wegkomen van het barbaarse monster met acht poten wat hier nu recht voor m'n neus hing. Zwarte poten met gele strepen en een bizar groot, geel gestreept achterlijf: nope, het was wel duidelijk wie hier de baas was. Desalniettemin moet ik toegeven dat het toch wel een bijzonder mooi beestje is. Terwijl we zo af en toe even opschrokken van onze tassen die zachtjes tegen onze armen kriebelden, vervolgden we dapper onze weg de trap op. Hoezo dapper? Omdat die geelgestreepte nachtmerries letterlijk in elke struik hingen te loeren. Werkelijk overal. En wat vonden we toen we boven aankwamen? Een paar fitnessapparaten. En toen konden we weer naar beneden, langs het Pad van Nog Eens Duizend Vliegenvangers. Overigens: na thuis even wat onderzoek te hebben gedaan, blijken deze beestjes, namelijk Nephila Clavata of Jorospin helemaal niet gevaarlijk te zijn. Maakt ze niet minder groot en creepy natuurlijk. Maar wel net iets leuker.

De rivier Han hadden we nog steeds niet gezien, dus gingen we weer op weg. Met wat omleidingen omwille van een paar doodlopende wegen hier en daar, leidde dit pad ons naar onder andere Evil Minion stoombroodjes met rodebonenvulling, volkstuintjes en, heel spannend, een snelweg. De snelweg, met voetpad ernaast, liep langs een relatief kleine beboste berg die, als het goed is, langs de rivier zou moeten liggen. Het leek ons het leukst om via dat bos te lopen (zelfs in de wetenschap dat ie vol zou zitten met een bepaald soort spinnen), maar we konden geen ingang vinden. Dus leek het ons een strak plan om langs de snelweg te blijven lopen tot we óf een ingang naar het bos, óf de rivier, óf een bushalte tegen zouden komen. Ik kan je vertellen, alle drie lieten aardig op zich wachten. Uiteindelijk was het de rivier Han die over de brug kwam (jezus wat slecht). Een schitterend uitzicht, dat absoluut, maar we hadden er wel bijna een uur voor over een brug moeten lopen waar geen einde aan leek te komen. En toen stonden we pas aan het begin van onze felbegeerde rivier; en dus hadden we de keus om verder te lopen of terug te gaan naar het begin van de brug. Nu is de Han geen Rijn of Amstel of zo'n ander dergelijk slootje. Even Wikipedia erbij gehaald: wat ik zo snel kan vinden is één van de langste bruggen die de Amstel overspant de Utrechtsebrug met haar 250 meter van oever tot over. Terug naar de Gayangbrug, het boefje waar wij op dat moment mee te maken hadden: dat ding is dus 4,3 kilometer lang, waarvan het hoofdgedeelte, waarvan ik ervanuit ga dat dat het oever-tot-oevergedeelte is, 1,6 kilometer lang is. Daar past de Amstel dus meer dan 6 keer in. Desalniettemin besloten we om maar verder te lopen, want daar was misschien nog iets spannends te zien. Een bushalte of een restaurant of iets dergelijks, je weet het niet. Wat de brug trouwens nog een extra niveautje spanning gaf, waren de zebrapaden. Zo nu en dan moest je even oversteken naar het midden van de brug of weer terug, puur om op het voetpad te kunnen blijven. Had ik al gezegd dat het een snelweg was? Gelukkig maar zeg, dat er zebrapaden aangelegd waren...

Wonder boven wonder waren we ieder nog in één stuk toen we de andere kant van de Han bereikten. Dat betekende dan weer wel dat er nog gegeten moest worden! Na wat speurwerk kwamen we bij een tentje dat er schattig uitzag omdat het logo een afbeelding van een lief oud omaatje was. Wie wil daar nu niet eten? Toen we eenmaal zaten bleek dat we hier te maken hadden met een sundae-restaurant. Wie denkt dat we nu ijsjes te eten kregen, heeft het mooi mis. 순대 (Sundae) wordt namelijk beschreven als Koreaanse bloedworst in varkensdarm. Bijster smakelijk ziet het er ook al niet uit op het plaatje. Ik had dan ook een beetje m'n bedenkingen, maar ja, je zit al, en je hebt honger, dus je moet iets. Chris ging voor de ramyeon (noedelsoep) met sundae, maar ik vond het wel best om genoegen te nemen met alleen de worst. Eerst nog even de vraag of het niet pittig is - ik leer immers van m'n fouten. Meerdere Koreanen drukten me op het hart dat het echt niet pittig was. Ondanks dat dat natuurlijk weer één grote leugen was, was het spul verrassend lekker. Bovenaan mijn jammielijst staat het nog niet, maar het is ook absoluut niet zo smerig als het klinkt! Wat overigens minstens zo verrassend was, was de temperatuur waarbij de ramyeon van Chris en de dip voor mijn sundae werden opgediend. Beiden werden namelijk bubbelend en vol aan de kook voor ons op tafel gezet. Even blazen voordat je aan je Koreaanse soep begint.

Wat erg fijn is aan ons gasthuis, is dat het vlakbij een plek als Hongdae ligt. Vanaf bijna iedere plek gaat er blijkbaar wel een bus of metro naar Hongdae. Dus ondanks dat we geen idee hadden waar we waren, kwamen we toch weer snel op bekend terrein. We besloten nog heel even bij de straatartiesten langs te lopen voordat we naar huis gingen, omdat we dat gister toch wel erg leuk vonden om te zien. Wie weet wat er vandaag staat? Allereerst stond er een dansgroep met een enorme, gillende fanbase; ik moet maar geloven dat ze erg goed zijn, want zien kon ik ze helaas niet. Wat ik wel prachtig vond was de selfiesessie (of selca's, zoals de selfie's hier genoemd worden) die ze erna deden met hun fans. Wat een heerlijke fotocultuur toch. Maar onze favoriet stond een paar 'podia' verderop: een groepje dat best redelijk kon dansen, waar het niet dat de een er nog ongeïnteresseerder bij stond dan de ander. Inmiddels heb ik het vermoeden dat dat op het moment gewoon de Koreaanse versie van stoer is, want hier en daar gleed er wel eens een gezicht uit. Hoe dan ook, ze deden wat covertjes van Bangtan, en ondanks dat het er niet uit zag zoals ik gewend ben, was het toch wel erg leuk om te zien. En vooral om te luisteren, want de muziek was wel origineel. Een mooie afsluiter van de dag, zou ik zo zeggen. Nu rest ons alleen nog de bus naar huis - als we maar de goeie pakken. Oh wacht...
Blood, Sweat and Tears, origineel van BTS (Bangtan). Niet de beste uitvoering ooit, maar ach, het blijft één van de favorietjes!
Trouwens, nog even een laatste dingetje. Wist je dat je je aan de rechterkant kan aanmelden voor de mailinglist? Dan ontvang je gewoon een mailtje wanneer ik weer iets nieuws online zet. Is handig, dan hoef je namelijk niet de hele dag te refreshen, zoals je nu ongetwijfeld aan het doen bent. En nu we toch bezig zijn, onder de fotobom hieronder heb je zo'n leuk Facebookvakje waarin je je vast en zeker goed bedoelde commentaar in achter kunt laten. Leef je uit!
TO BE CONTINUED ♡
Σχόλια